Marty

Training I – TGOC Vervolg

Over uitdagingen & grenzen

Zoals ik al in de vorige post aangaf: er ligt een uitdaging. In ieder geval om ingeloot te worden, maar naast dat sowieso om een tocht als de TGOC te maken in het geval we niet ingeloot worden.

De eerste training verliep succesvol, maar met een eerste training zijn we er nog lang niet. Het was prachtig weer, iets waarvan we straks in Schotland alleen maar kunnen dromen. Waarschijnlijk zal het erg nat, winderig en koud zijn. Alles wat het dan beter is, is meegenomen. 21 oktober sluit de inschrijvingsdatum en er is plek voor zo’n 350 mensen. Het is komend jaar een jubileumeditie en alleen al om die reden zou het zomaar veel meer in trek kunnen zijn. Daarnaast zijn er veel wandelveteranen die de toch al tig keer hebben gelopen. Geen idee of dat meetelt in de loting. We wachten het vol spanning af…

… tot die tijd trainen we gewoon verder.

We blijven ook nog steeds onze uitrusting bij elkaar verzamelen. Steeds een beetje meer. In de veronderstelling dat we in ieder geval meer van dit soort tochten kunnen maken.

Het natte Schotland

Nog niet zo lang geleden maakte ik een rondreis door Schotland. Dat was iets wat ik al heel lang graag wilde doen. De route zelf helemaal uitgestippeld en veel van de Schotse Hooglanden en de Orkney-eilanden kunnen zien. Genoten van prachtig weer, maar ook mee kunnen maken hoe nat, mistig en koud het er kan zijn. Mijn liefde voor Schotland is er geboren en gekscherend zeg ik altijd dat ik daar politiek asiel wil aanvragen als het politieke klimaat in Nederland niet meer naar mijn zin is! Geintje natuurlijk.

Jacobite Train-rail bij Fort William

Maar serieus. De mensen zijn aardig, er is best nog wat ruimte, ze proberen respectvol met de natuur om te gaan en niet onbelangrijk: ik voelde me er goed met zoveel ruwe natuur om me heen.

Uitrusting

In de vorige post beloofde ik dat ik een lijstje zou maken met waar onze uitrusting tot op heden uit bestaat. Dat is een karweitje en ook van dynamische aard omdat we nog zaken aan het uitproberen zijn. Maar een aantal dingen staan al vast. Omdat ze goed bevallen zijn of omdat  alternatieven (nu nog) te duur zijn.

De belangrijkste zaken die we tot nu toe hebben aangeschaft:

  • Rugzak: Osprey Aura 65 AG Women’s (2110 g)
  • Tent: Decathlon Quickhiker Ultralight 2 (1960 g)
  • Matje: Crivit Lichtgewicht campingmat (460 g)
  • Slaapzak: Forclaz 900 0 graden (980 g)
  • Isolatiemat: M200 trekking decathlon (410 g) 
  • Grondzeil: Tyvek, op maat geknipt (150 g) 

Hygiene

Een van de uitdagingen tijdens zo’n tocht is de hygiene. Hoe plas je, hoe poep je, hoe was je jezelf. Was je je kleding en hoe dan. Hoeveel onderbroeken heb je bij je en hoe doe je dat als vrouw als je bijvoorbeeld ongesteld bent? Ik vond een video op Youtube van Dixie, een super-ervaren wandelaar en hiker die openheid van zaken geeft op een hele realistische, grappige, maar waardevolle manier:

Embrace your stink‘ 🙂

Dixie, 2017
Dixie over hygiene tijdens meerdaagse wandeltochten

Ik neem helemaal aan dat je deze video niet helemaal gaat afkijken. Belangrijkste is dat zij zeer praktisch met haar hygiene om gaat. Een onderbroek kun je bijvoorbeeld twee keer dragen voordat je hem gaat wassen. Zo hoef je misschien maar twee onderbroeken op een lange tocht mee te nemen. En deodorant? Zij doet het zonder. Wassen met water zou voldoende moeten zijn en na een lange tocht ruikt niemand meer echt fris. Haren wassen is lastig. Met lang haar een vlecht erin -dat zie ik bij festivals ook vaak- en anders een beetje talk erdoor. Ik heb gelukkig geen lang haar en sinds de festivals is wassen met koud water voor mij ook niet echt een issue meer. Deze video geeft mij wel belangrijke tips hoe praktisch met hygiene om te gaan. Ik kan er zeker wat mee.

Wat mij vooral belangrijk lijkt, is dat ik kan genieten van mijn omgeving tijdens het wandelen. Ik hoop in ieder geval dat de omstandigheden zo zullen zijn dat het niet alleen kommer en kwel is. Daarom vind ik het ook belangrijk om van te voren genoeg te oefenen en voldoende kilometers in de benen en rug te hebben.

Hierboven een aantal foto’s van de rondreis naar Schotland. Zoals je kunt zien geweldig mooi weer.

Kastelenland

Schotland is kastelenland. De hooglanden staan er vol mee. Het zou mooi zijn als we op onze wandeling een paar mooie kastelen tegenkomen.

Castle Stalker

Prachtig toch? Ook hier was het was wisselvalliger weer en het gras drassig en nat. Zeker iets om rekening mee te houden, maar de rust, de ruimte en het uitzicht was onbetaalbaar.

Hierboven een prachtige video van Schotland.

It’s part of me, Scotland. I’m still immersed in it even though I am not there. 

Irvine Welsh

Enneh…reageren mag, he!

Training I – TGOC Vervolg Meer lezen »

Training I – TGOC

Wij (Zuslief en ik) zijn gek, maar dat wisten we al lang. De inschrijving voor de TGOchallenge ging open vanaf 14 september 2018, Zuslief nam de honneurs waar en schreef ons in. Vanaf mijn vakantieadres in Barcelona heb ik desgevraagd nog wat extra info gemaild aan de organisatie. Off we go!

Hiking Sisters on the go!

Nou nee, niet helemaal, want de inschrijving sluit 21 oktober en pas dan weten we of we ingeloot zijn en ook echt mee mogen doen met de challenge. Maar willen we toch een klein beetje kans maken die challenge -mits we ingeloot worden- ook succesvol af te ronden, dan is het van (levens?)belang om ook ervaring op te doen. Wildkamperen is bijvoorbeeld in Nederland verboden, dus ja, hoe doen we dat dan en het liefst op een budgetmanier? Drie of vier dagen achtereen zo’n 25 kilometer wandelen, gaat dat wel lukken met een volle rugzak op je rug? En hoe groot is de last die je dan kan dragen? Mijn doel was 10 kilo, maar een specialist bij een Outdoorwinkel lachte me nog net niet uit toen ik dat zei. ‘Ik moest maar eerder aan 15 kilo denken‘. Mensen die mij kennen weten ook dat ik niet zo goed tegen dat soort dingen kan. Mensen die zoiets zeggen. Dan krijg ik bewijsdrang. Al was het alleen al om te laten zien dat ik echt wel onder die 15 kilo kan blijven. Maar dat terzijde. Wat ook een uitdaging is, is om te zien hoe je omgaat met het opzetten van je tentje na een dag wandelen. Het opbreken na een (koud en/of winderig en/of regenachtig of alles van dat) nachtje slapen. De vermoeidheid bij slechte weersomstandigheden. Het navigeren en een zo gemakkelijke, maar groen mogelijke route vinden. Nou, dat soort dingen.

Ikea onder de outdoorwinkels
De inschrijving loopt nog en wildkampeerervaring hebben we dus niet. Met de inschrijving committeren we ons toch ook al een beetje aan de challenge zelf. Maar, we hebben elkaar beloofd dat als we niet ingeloot worden, we op eigen houtje zo’n tocht gaan doen. Misschien ook wel in Schotland of in een van de andere landen waar allemansrecht is en je mag wildkamperen. En omdat we dat hebben beloofd, vonden we dat we ook een excuus hadden om alvast wat uitrusting aan te schaffen. En echt he, een outdoorwinkel is voor ons een soort van snoepwinkel. De mooiste en vaak ook duurste uitrusting, de gadgets, de survivaldingetjes. Nee, niet goed voor de portemonnee. Maar, er is ook een ‘Ikea onder de outdoorwinkels’: Decathlon 🙂 Die winkel laat zien dat je voor een fractie van de reguliere prijs ook mooie dingen kunt aanschaffen die kwalitatief helemaal niet onder doen voor de high end outdoordingen. Een ultralichte tent weegt ongeveer een kilo. Bij Decathlon weegt zo’n zelfde tent 1,9 kilo. Ja, dat is iets zwaarder, maar scheelt ook gauw € 600,- en dan is de keus gauw gemaakt. die 0,9 kilo extra zal ergens anders vanaf gaan, dat is wel zo. Dan maar geen deodorant. Dagelijks wassen met water zou ook moeten voldoen, toch? Hetzelfde geldt voor de slaapzak; die heb je ook in alle prijzen. Maar ook bij deze budgetwinkel is een prima ultralichte slaapzak te koop en daar gaan we dan maar voor.Bij de gerenommeerde outdoorwinkel hebben we een rugzak uitgeprobeerd. Speciale vrouwensnit en lovende kritieken. Nu is die rugzak best een essentieel ding als je lange stukken wilt wandelen. Dus hierop hebben we niet beknibbeld, behalve dan dat we via het vergelijken van aanbieders denken de goedkoopste aanbieding te hebben gevonden. Beetje bij beetje is onze uitrusting dus aan het groeien en ik kreeg het tentje voor mijn verjaardag!

Mijn nieuwe tentje

Het werd tijd om eens uit gaan proberen wat we tot nu toe bij elkaar hebben verzameld. Ik zal nog wel eens een tabelletje maken met de dingen die we denken mee te nemen. Maar: ervaring doe je op door te doen, dus planden Zuslief en ik een Weekend Wildkamperen. Nou ja, bijna wild dan, was het plan. In Nederland is wildkamperen niet toegestaan, maar Staatbosbeheer heeft op een aantal plekken in Nederland ‘paalkamperen‘ toegestaan. Dat is eigenlijk hetzelfde als wildkamperen, maar binnen regels. Dus toch niet wild, maar getemd eigenlijk. Op hun site:

Paalkamperen onder de sterrenhemel ergens op een stille plek in de natuur is een compleet andere beleving. Zonder buren, zonder douche en zonder toilet. Met fantastisch uitzicht en grote kans op een ontmoeting met een edelhert, ree, wild zwijn of bever. Paalkamperen is de kunst om van weinig alles te maken. Alles wat je nodig hebt, moet passen in een rugzak. Meer heb je niet nodig om van de vrijheid te proeven die Paalkamperen zo bijzonder maakt. Wanneer je eenmaal hebt wild gekampeerd wil je nooit meer anders.

Avonduitzicht

Zelfvoorzienend
Dat paalkamperen ziet er superavontuurlijk uit. De plekken vind je alleen op de coordinaten. Dat is niet zo moeilijk met Google Maps, maar het klinkt wel stoer. Op die plekken zijn eigenlijk nulkommanul voorzieningen: geen elektriciteit, geen watervoorziening (op sommige plekken zijn nog waterpompen met niet-drinkbaar water) en er mogen per keer maar drie tenten staan en die mogen niet langer dan 72 uur daar staan. Zelfvoorzienend. Zoals straks in Schotland. Ons doel was een tocht in een weekend waarop we zowel op de zaterdag als de zondag zo’n 20-25 kilometer zouden wandelen met rugzak en ’s nachts kamperen op een paalkampeerplek. Na wat wikken en wegen bleek de route station Breda-Prinsenbeek naar de Strijbeekse Heide een mooie afstand: zo’n 22-24 kilometer. De paalkampeerplek zag er vanuit de lucht via Google Maps prachtig uit.Gestart vanaf station Breda-Prinsenbeek, met Google Maps als navigatie, zijn we gaan wandelen. Met prachtig nazomerweer. Door wijken, langs huizen van kennissen, door het bos, over weilanden. Bij de supermarkt hebben we onderweg een lunch gescoord, kilometers lang hebben we met een leeg plastic flesje gelopen omdat we geen vuilnisbak tegenkwamen, we dronken een wit-biertje bij een cafe op de hoek. Daar hoorden we dat er ’s morgens ijs op de ramen van de auto’s had gezeten. Uhhh, oeps.

Ochtenduitzicht

Al bezet en niet zo stil
Zes minuten van de paalkampeerplek bleek een groot restaurant te zitten. Daar konden we onze watervoorraad bijvullen (omdat we te ‘chicken’ bleken het waterfilter met water uit de Mark te gebruiken, haha!). Daar hebben we ook nog even een goede bak koffie gedronken. Op die plek vroegen we ons ook af wat we moesten als er al drie tenten bleken te staan. Wat dan? We gingen er vanuit dat er niemand zo gek zou zijn als wij om met nachtvorst op de heide te gaan kamperen en gingen voorwaarts. Maar wat schetste onze verbazing: drie (!) tenten. Een stuk of zes Engelstalige jongelui en de belofte dat er nog een stuk of tien wat later zouden arriveren. Ze hadden het kampvuur aan en de muziek ook (hard). Zuslief opperde teleurgesteld: “Nou, dan gaan we maar weer terug…”, waarop ik reageerde dat ik dat absoluut niet van plan was. 22 kilometer gelopen en dan weer terug? Nevernooitniet. Dan maar ali-illegali en echt wildkamperen. Op zo’n 30 meter van de paalplek hebben we -al smoezen verzinnend voor als een boswachter langs zou komen om ons weg te sturen- op de rand van bos en heide onze tentjes gepitcht. Verdekt opgesteld en met een prachtig uitzicht over de heide. Ietwat weg van de toenemende herrie van de groep bij de paal. We hebben het ‘eten-uit-een-zakje’ geprobeerd, in het wild geplast, thee gemaakt en gedronken en genoten van een mooie zonsondergang. Daarna zakte de temperatuur vrij snel en voordat we helemaal koud werden, zijn we lekker in onze slaapzakken in ons tentje gaan liggen en zijn gaan slapen.

Rijp en havermout
Op zondagochtend werd ik vroeg wakker, zo tegen half acht omdat ik erg moest plassen. In mijn slaapzak was het heerlijk warm, maar ik voelde aan mijn neus dat het erbuiten erg koud was. Maar ik moest er toch uit. Hup, het hoogstnoodzakelijke aan en tig meter verderop met de billen bloot om te plassen. Mijn telefoon gaf aan dat het 2 graden boven nul was en de heide was bedekt met rijp. Waanzinnig mooi. Zuslief werd uiteraard ook wakker en die andere groep mensen bij de kampeerpaal even later ook, dus lekker luisteren naar de wakker wordende natuur was er niet echt bij. Ons ontbijt bestond uit een zakje met water aan te maken poedermelk en van huis meegebrachte havermout. Dat bereiden ging prima, maar schoonmaken is een dingetje. De volgende keer zullen we ook voor het ontbijt kiezen voor havermout in een zakje. Schoner en gemakkelijker. Na het ontbijt zijn we onze spulletjes gaan opruimen en hebben we de rugzak gepakt.

Zo tegen half 11 waren we opgebroken (die andere ploeg mensen ook) en konden we een aanvang maken met het terugwandelen naar ons startpunt. Niet zonder eerst bij het restaurant (het Smokkelaartje) weer de watervoorraad bij te vullen, ons aan het wasbakje op te frissen en een goede bak koffie te drinken. Ook de weg terug hadden we opnieuw prachtig zonnig weer. De regenjas hebben we niet nodig gehad. Met de goede navigatiekunsten van Zuslief was de terugweg nog groener dan de heenweg en na ongeveer evenveel tijd als op de heenweg, bereikten we het station.

En weer klaar om te vertrekken!

Yes, we did it!

We zijn trots op onze e

Training I – TGOC Meer lezen »

Barcelona

Een week Barcelona met mijn betere helft. Vakantie was noodzakelijk. Mijn manager sommeerde mij volgens CAO minimaal twee weken aaneengesloten met vakantie te gaan. Vakantie had ik tot begin september namelijk nog niet gehad. Ja, een week, een lang weekend of een losse dag. Maar niet twee aaneengesloten weken. Met alle grootse plannen voor volgend jaar in het achterhoofd, moest ik afwegingen maken. Wel twee weken vrij, maar wat dan te doen. Betaalbaar bleek Barcelona. Bij mensen in huis a la Airbnb en een hele week de stad (opnieuw) verkennen. het weer was prachtig, de stad ook. Aan de stank zal ik nooit kunnen wennen, maar okee, dat namen we voor lief. Alle verplichte nummers gedaan en gezien en meer dan dat. Opnieuw de bergen in en een hele dag vanaf Tibidabo zelfs naar beneden gewandeld. Het was heerlijk.

Barcelona Meer lezen »

Uitdaging – TGOC

Een kleine vooraankondiging voor een ambitie voor mei 2019: TGOC.
In een periode van zo’n 12 dagen 275 kilometer in Schotland afleggen. Van kust naar kust, wandelend, zelfvoorzienend, wildkamperend. Met Zuslief. De afbeelding heb ik schaamteloos gepikt van iemand die de tocht vorig jaar deed. In 2019 loopt men de 40ste editie en Zuslief en ik willen daar bij zijn. Uitdaging? Ja, best wel. Maar daarover later meer.

🙂

Uitdaging – TGOC Meer lezen »

Festivalseizoen – Rock Werchter 2018

I

k kwam bij Rock Werchter toen het nog Torhout-Werchter was. In retrospectief zag ik toen geweldige bands waarvan ik me destijds niet eens bewust was: de Ramones bijvoorbeeld. Had ik weinig oog voor, want ik kwam voor U2. Tja, zo ging dat. Omdat Glastonbury dit jaar het ‘fallow-year’ heeft en er dus geen festival is, leek Rock Werchter ons een goed alternatief. Mooie lineup, goede headliners en goede weersvooruitzichten. Nieuwe tent, lichter en popup, lichtere matjes en zo wat minder gesjouw. Wel weer een partytent gekocht. Bij Pinkpop was het immers ook warm en misten we af en toe een beetje schaduw. Vol verwachting over de extra gekochte vierkante meters veld waarop onze tent mocht staan, kwamen we aan bij de festivalcamping.

Eerlijk is eerlijk: best goed geregeld daar. Het was warm en de deuren gingen ook hier gelukkig eerder open dan aangekondigd. Met de aankoop van onze extra vierkante meters kregen we voorrang tot ons stuk van de camping, welke ook nog eens eerder open bleek te gaan. Net als bij Pinkpop ligt de camping ook niet op het festivalterrein maar erbuiten. Op het veld aangekomen bleek 16 vierkante meter helemaal niet zoveel te zijn en we hebben even moeten puzzelen om de twee tenten en de partytent op zijn plek te krijgen. Maar het lukte. Niet bij iedereen.

Afijn, met niet zo heel veel moeite stond de boel en hebben we op ons gemak het terrein kunnen verkennen. En nogmaals: best goed geregeld. Wat wel anders was,was dat er op nog geen 100 meter van ons vandaan een grote tent was waar tot vroeg in de ochtend dj’s muziek maakten. Niets wat een oordop niet tegenhield, maar wel even wennen als je camping C van Pinkpop gewend bent, haha! Alle gekheid op een stokje: mooi festival, geweldige muziek en topweer. Als het Glastonbury niet in de weg zit, zou ik zo weer gaan.

Festivalseizoen – Rock Werchter 2018 Meer lezen »

Festivalseizoen – Pinkpop 2018

Z

o, de zomer zit er bijna weer op. Ook dit jaar waren de omstandigheden zo dat een echte grote vakantie er helaas niet in zit. Ik klaag niet, want met én Pinkpop én Rock Werchter kaartjes op zak beloofde het een prima zomer te worden. En wát voor zomer! Prachtig weer,  mooier dan iemand van te voren kon bedenken. Bijna mediterraan, lange zwoele avonden, heerlijk. Maar laten we bij het begin beginnen: Pinkpop 2018. De voorpret was groot. Zoals ieder jaar gingen we weer vroeg op pad en ook dit keer verliep de reis voorspoedig. Op naar camping C. Dat blijft wel onze favoriete camping. Nou ja, camping. Eigenlijk is het de rest van het jaar gewoon een weiland. Met zette er wat mobiele toiletten en douches op, wat portakabins en een hek eromheen en voilá, daar is de camping. Camping C heeft geen campingtainment. Tegen een uur of drie ’s nachts valt over het algemeen de rust in en op de basbonken van camping A in de verte, -waar dus wel een dj tot in de vroege uurtjes draait-, vallen de meeste mensen voor een paar uurtjes in slaap. Heerlijk. Auto dicht bij de ingang en je gelooft het of niet, dit jaar waren we de eersten. Echt waar. Zo’n tien minuten voor de camping openging stonden we daar. En dus konden we ook als eersten een plekje uitzoeken. Heel erg prettig. Voordeel van zo vroeg aankomen is dat je lekker naar al die mensen kan kijken die nog allemaal hun tentje moeten opzetten 🙂

Het programma was top. Mensen vragen vaak voor welke bands ik naar zo’n festival ga. Er zijn headliners die natuurlijk geweldig zijn. Zo waren er dit jaar Pearl Jam, Snow Patrol en Foo Fighters. Helemaal top, maar de sfeer, de mensen, gewoon daar zijn is al helemaal goed. En bands zien en beluisteren die blijven hangen. Zo was daar Nothing But Thieves die ik graag nog eens terug zou zien. Of Oscar and the Wolf uit België. Het weer bleef geweldig en we hebben heerlijke dagen gehad. Op de zondag hebben vaak al een hoop mensen hun tent ingepakt en alvast in de auto gelegd zodat ze, als het festivalterrein sluit, ze direct naar huis kunnen. Je moet maar genoodzaakt zijn of dat persé willen. Ik moet er persoonlijk niet aan denken. Op het gemak nog die laatste nacht daar en dan ‘s-morgens opbreken en vertrekken. Zo doen wij dat.

Helaas ging dat dit keer niet helemaal goed. Tegen een uur of kwart over 5 in de ochtend werd ik wakker van een sms van Zuslief die mij vroeg of wij ok waren omdat een auto op Pinkpopbezoekers was ingereden. Wàt?! Direct wakker natuurlijk. De rest van de campinggasten bleek nog in diepe rust, mijn wederhelft en onze festivalvriend eveneens. Ik heb Zuslief gemeld dat wij ok waren en ben toch maar mijn tent uitgegaan toen ik de traumaheli over hoorde gaan. De campingcrew wist in eerste instantie ook niet meer dan ik, maar kon wel melden dat -zolang een en ander nog niet helemaal duidelijk was-, zij de opdracht hadden gekregen de camping af te sluiten. Niemand mocht in- of uit. Gaandeweg werd duidelijk welk drama zich had afgespeeld bij Camping A, waar ook een collega van mij verbleef. Zij bleek gelukkig ongedeerd. Wij mochten uiteindelijk tegen een uur of 9 vertrekken, mijn collega pas tegen het eind van de ochtend, toen wij aan ons traditionele delifrance-broodje ter afsluiting zaten. Het was een geweldig festival, maar wat een verdrietig eind.

Festivalseizoen – Pinkpop 2018 Meer lezen »

Japans – Nihonjin – にほんじん

[mks_col]
[mks_one_half]
Hoe het nou precies kwam, weet ik niet meer. We hingen op de bank, allebei achter de iPad gok ik. Misschien las hij iets of zag hij iets en zei dat tegen mij. Mijn aandacht werd gewekt en zoals altijd heb ik dan maar twee tellen nodig om enthousiast te worden van het idee.

De kunst, de rituelen, de etikette

Wat ik wel weet is dat we al jaren iets hebben met Japan. De tuin was van oorsprong Japans ingericht. We hadden koi-karpers en een prachtige Japanse rode esdoorn. Ik heb ooit een poging gedaan om sumi-e te schilderen, hoewel dat dan weer Chinees is, maar okee. Er hebben hier nog Japanse posters gehangen. De boeddhistische leefwijze (die rustige dan en niet die waarin ze elkaar van deze wereld af wensen), de meditatie, het respect (hoewel ze ook barbaars kunnen zijn). De kunst, de rituelen, de etikette. Het sprak ons aan en eigenlijk ng steeds. Altijd hebben we de ambitie gehad om er naar toe te gaan. Maar concreet hebben we dat nooit gemaakt, omdat een vakantie naar Japan gewoon best wel heel erg kostbaar is. En al het Japanse rondom en in het huis is zo langzamerhand verdwenen of verweven met de rest.Dus nadat wederhelft mij triggerde met: ‘Japans leren?’, of iets van die strekking, ging er iets in werking. Google…Japans…iets in de buurt van Dordrecht…volkuniversiteit?…Papendrecht…galerie Aitobo…betaalbare lessen. Binnen no time ging er een mail uit naar de docente. Er kwam ook heel snel een antwoord: “Ja hoor, er is nog plek. Schaf maar alvast de twee boeken Japanese for busy people aan”. Zo geschreven en zo gedaan.[/mks_one_half][mks_one_half]Binnen twee weken na zijn suggestie zaten we op Japanse taalles. We hebben op dit moment twee lessen van anderhalf uur achter de rug en wellicht onnodig om te zeggen dat het op zijn minst moeilijk is.

Sensē Naomi san 

Enerzijds omdat de boeken Engelstalig zijn, dus je gaat van Nederlands naar Engels en dan naar Japans. En weer terug. Maar daarnaast ook omdat we Japans moeten leren schrijven. Onze sensē Naomi san zegt dat het leren van de karakters het belangrijkste is. Om die reden moeten we ook gaan kalligraferen. Er zijn maar liefst 3 karaktersets. Tuurlijk. Alsof het nog niet moeilijk genoeg was.

We zijn dan ook voortvarend aan de slag gegaan en van de 101 klanken waaruit het Japans is opgebouwd (als ik het goed schrijf), hebben we er inmiddels zo’n 15 in ons vingers. Die kunnen we op commando schrijven en daarvan kennen we de klank. Nu de rest nog. En alle variaties. En de zinsopbouw en grammatica. Nog een berg te gaan dus. Dat er ook nog Japanese for busy people II en II is zegt het eigenlijk wel.

Waarom nou?

Ja, dat is de vraag die veel mensen ons stellen. Logisch. We hebben voorlopig geen vakantie naar Japan in het vooruitzicht, tenzij we de staats winnen natuurlijk, maar dat zal wel niet. Maar wie weet. Sparen kan altijd en door nu op taalles te gaan, kunnen we onszelf committeren aan een doel: die vakantie in Japan. Slapen in ryokans, in minshukus en een gedeelte van de 88-tempelroute wandelen. Oja, liefst in april (want: kersenbloesem natuurlijk!), maar ook in september (want: Kyoto op z’n mooist).
[/mks_one_half]
[/mks_col]

Japans – Nihonjin – にほんじん Meer lezen »

And now we wait

Het boekje is naar de drukker. Dit maal een drukker die wel communiceert. Die vindt dat ik eerst langs moest komen voordat ik de definitieve versie inleverde. Maar ook een die daar niet op de woensdag tijd voor heeft; de dag dat ik wel kan.

Voor nu kan het er mee door

was zijn oordeel op mijn laatste upload. Een zuinige voldoende denk ik dan maar. En daar kan ik voor nu wel mee leven en misschien ben ik er zelfs wel blij mee. Voor dtp-er heb ik tenslotte niet geleerd, geen Grafisch Lyceum, geen uitgeverij- of krantenervaring. Ik doe maar wat. Ook een leuk motto trouwens, dat past in mijn leven. Je wilt niet weten hoe vaak ik dat al gezegd heb: ik doe maar wat 🙂

And now we wait Meer lezen »

Mijn Opa Smits

Mijn opa is de persoon als tweede van rechts, zittend met de troffel in zijn handen. Jaartal van de foto? Geen idee. Hij is geboren in 1904, en hij zal hier misschien 25 jaar zijn? Dan zou deze foto ergens in 1929 gemaakt moeten zijn. Waar de foto gemaakt is, weet ik niet en ook niet ter gelegenheid waarvan of door wie.

Niet alleen mijn opa, maar ook mijn vader was metselaar en als meisje stond ik er met mijn neus bovenop als hij bij ons thuis of bij vrienden/kennissen aan het metselen was. Ik weet dus wat een stoffige (droge cement of zand) of soms blubberige (mortel) troep het kon zijn. Ik leerde eigenlijk misschien ook wel een beetje metselen. Met het voegen mocht ik sowieso altijd helpen. Uiteraard waren de horizontale voegen veel gemakkelijker dan de verticale. Al zijn gereedschap heb ik nog.

Maar nu over deze foto. Wat mij zo opviel was hoe keurig die mannen er bij zitten. Nu was mijn opa iemand die goed gekleed was en eigenlijk altijd in pak liep. Dat was gewoon zo in die tijd en men had blijkbaar zelfs een vest aan op het werk. Ook als metselaar. Geweldig toch?

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

Mijn Opa Smits Meer lezen »

Indesign CC

W

eet je nog van die valkuil en dat ik ineens redacteur van een blaadje werd? Het eerste blaadje van mijn hand kwam in december uit Word gerold. Want: Pages is zoooo Mac en Word zoooo universeel… Maar Word is ook best vreselijk.

Ik moest dus op zoek naar alternatieven: Indesign is je-van-het, maar prijzig. Toch maar naar Scribus dan, gratis open source DTP-software. Na overleg met de beoogde drukker, bleek dat die toch de voorkeur had voor Indesign. Joh natuurlijk, maar waar haal ik het vandaan?! Ik doe dat redactie werk vrijwillig, staat niet eens een vergoeding tegenover. Ik wil best wat doneren, maar iedere maand € 26,- naast die € 10,- die ik al voor Photoshop betaal, vind ik te. En oja, ook nog even al die uren die erin gaan zitten.

Of we als ANBI korting krijgen, is nog een brug te ver, blijkt. De gemiddelde leeftijd van het bestuur is hoog en hoewel ze heel erg hun best doen, is niet iedereen even digitaal. Dus daar zat ik met een half Scribus-concept en de wens van de drukker om Indesign. Een studentenlicentie zou een oplossing zijn, maar ik ben geen student. Met een studentenlicentie krijg je een berg korting op alle Adobe-apps. Ik kan me inschrijven op een school, een studenten-emailadres krijgen en me daarmee inschrijven voor de studentenversie. Maar wat als ik dat email-adres niet geverifieerd krijg, want ik ben tenslotte geen student. Een ander riep: ‘Ik gebruik een gehackte oude versie, is dat niet iets?’ Nou wil het feit dat ik aan een Mac werk en Mac’s en gehackte versies is meestal een no-go. Dus ook geen optie.

Ik zit nu met een proefversie van Indesign, maar hoe het straks verder moet, weet ik nog niet. wat ik wel weet is dat het een prach-tig programma is. Misschien scheelt het dat ik Photoshop best aardig in de vingers heb, maar Indesign is echt top. Vrij intuïtief en het resultaat is super. Ik zou het bijna voor mezelf aanschaffen.

En dan ongevraagd iedere week zelf in elkaar geflanste blaadjes naar iedereen sturen. Hahaha!!! Maar ja. Lang verhaal kort: het is klaar. Hehe.

(Klik voor veul groter!)

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

BewarenBewaren

Indesign CC Meer lezen »

Scroll naar boven