Corona Zomer 2020 – vervolg

Zomer 2020

Tja, Corona-zomer 2020 – het vervolg. Wat te doen in drie vrije weken? Zoals eerder gemeld waren de plannen: weekje klussen, weekje met mijn betere helft en een klein weekje met Zuslief naar Zwitserland. Wonder boven wonder werd die oude Peugeot van ons gekeurd en hij kan er weer een jaartje mee door. Er staat nu zo’n 330.000 kilometer op de teller. We verwachten binnenkort een bloemetje van Peugeot om ons te feliciteren met het feit dat het ding nog steeds naar behoren draait. De parkeersensoren doen het niet meer en de airco moet nagekeken, maar los van dat doet ‘ie het nog steeds prima. Hij mag nog een rondje mee.

Eerste weekje vakantie

Klussen, dat stond die week op de agenda. Het dakterras moest voorzien worden van een nieuwe vlonder en er moesten nog wat kleine dingetjes in de tuin gedaan worden. Het was mooi weer. Ik had het helaas te druk om te gaan wandelen. Het Roots-pad blijft dus een uitdaging voor een andere keer.

Buurmeisje S. is hier niet meer weg te slaan. Onder de overkapping chillen, met de katten spelen en kroelen, het kan niet op. “Wat eten jullie?” vraagt ze aan ons. En aan haar ouders: “En wat eten jullie?” Om vervolgens daar te eten waar het lekkerst wordt gegeten. Geef haar eens ongelijk. Met haar ging ik naar de pluktuin, waar we prachtige bossen bloemen plukten.

Ook moesten we plannen maken voor de tweede week van de vakantie. Maar wat wilden we gaan doen? De auto deed het, dus vliegen hoefde niet. Maar kamperen is meer iets voor mij en niet voor wederhelft en hetzelfde geldt voor langeafstandswandelen.

Tweede weekje vakantie

We wilden er wel even helemaal uit. Vooral ook omdat ik voor een drukke periode stond: afscheid nemen van de ene job en voorbereiden op de andere. Op de een of andere manier kan ik ook echt pas aan iets nieuws beginnen als ik daar klaar voor ben. Dat maakte dat we besloten naar Duitsland te gaan. Buurmeisje S. zorgde met veel plezier voor de katten en had zo ineens ons huis, onze televisie en de wifi voor haar alleen.

Via AirBnb boekte ik een appartement in Sankt Goar. Een klein gehucht waar ons appartement één rijtje huizen en een provinciale weg van de Rijn af lag. Dus niet de Moezel en ook niet de Eifel dit keer. De eigenaar beloofde een contactloos verblijf: de sleutels werden vrijgegeven via een sleutelkluisje. Helemaal corona-proof.

Het appartement bleek prima, eigenlijk iets te groot voor ons met zijn tweetjes, maar van alle gemakken voorzien; zelfs een wasmachine. We hebben, wandelend over diverse wandelroutes, flinke kilometers gemaakt. De mensen zijn er erg aardig, iedereen hield zich keurig aan de corona-regels. Het leven is er ook goedkoop; voor diesel betaal je er nog geen euro.

Samengevat

Loreley, Rheinsteig, kastelen, Koblenz (mét kabelbaan), de best wel snel stromende Rijn, (lelijke) campercampings, de veerpont naar de overkant, mondmaskers, lekker oubollig Rijnreisje *, halve liters bier per keer, vers fruit zomaar van vrijstaande bomen plukken, de mooiste uitzichtpunten, de Geierlay-brug met eenrichtingsverkeer, Traumschleifen, met de lokale trein, prachtig weer, een gevaarlijke klim en pittige afdalingen over gladde leibrokken.

We hebben een heerlijke week in ons buurland gehad en het bleek een mooie oefening voor week 3 van de vakantie. Zelfs bij mijn betere helft is een wandelvlammetje gaan branden. Hij nam met plezier mijn nieuwe snel-bij-Decathlon-Koblenz-gescoorde-want-vergeten wandelstokken over. Op zondag kwamen we terug thuis.

* Tijdens dat Rijnreisje kreeg ik het voor elkaar om mijn camera (Sony DSC RX100-m IV) op de boot te laten liggen. Gewoon, in het tasje met de schouderband om de stoel waarin ik had gezeten. Ik kwam er pas achter toen we de volgende ochtend weer op pad gingen. In eerste instantie dacht ik: reisverzekering. In tweede instantie belde ik de rederij en wat bleek: de camera hing er nog gewoon en ik kon hem ophalen. Wat een gelukkie! Niks reisverzekering.

Derde weekje vakantie

Met Zuslief hàd ik gepland om naar Arolla in Zwitserland te gaan. We wilden gaan kamperen en wandelen. Meer basic dus dan het weekje in Duitsland. Ondanks rugpijnklachten van Zuslief, zouden we op dinsdagavond vertrekken. Op dinsdagavond omdat we allebei tot dan toe druk waren met afspraken. Echter in de loop van dinsdag bleek dat de weersvooruitzichten voor Arolla niet al te best waren, er werd eigenlijk alleen maar regen voorspeld. Wat te doen? We hebben zo’n beetje van elk bergdorp en campinglocatie de weersverwachting bekeken en alleen aan de andere kant van de Alpen leek het redelijk mooi weer te gaan worden, richting Bolzano dus.

Arolla, links in het rood. Onze nieuwe bestemming rechts in het grijs.
Zwitserland werd Italië

We besloten op dat moment Arolla in Zwitserland te bewaren voor een volgende keer en voor nu te hopen op een paar dagen mooi weer in Italië. Jammer van het vignet wel. Handig van kamperen met een tentje is dat het (bijna) altijd op de bonnefooi kan. We hadden niets gereserveerd en hoefden dus ook niets te annuleren. Dus huppetee: op dinsdagavond laat de rugzakken in de auto en op weg via Duitsland, Oostenrijk (oh sjips, 100 kilometer na de grens kwamen we er achter dat ook in Oostenrijk het rijden met een vignet verplicht is) naar Italië. Onderweg bespraken we de mogelijkheid om eventueel af te sluiten met Venetië. Dat ligt immers op steenworp afstand van de regio waar we naartoe reden.

Posh-camping

At the foot of Alpe di Siusi/Seiser Alm, the largest high alp in Europe, in the middle of the Dolomites UNESCO World Heritage

In de ochtend blijkt de speld die we geplaatst hebben op Waze ons een dorpje in te leiden waar geen camping is. Echter op een paar kilometer afstand en tig haarspeldbochten verder vinden we, op de laatste benzinedampen, een benzinepomp en een camping. Dat blijkt echt een posh-camping te zijn: Camping Seiser-Alm. Prachtig gelegen, voorzien van alle luxe en daarbij ook nog eens een fenomenaal uitzicht op de Seiser-Alm. Dit is Italiaans gebied, maar de Duitse taal heeft de voorkeur. In de winter wordt hier volop geskied.

Foto van de website van de camping

De camping is niet goedkoop, maar ligt prachtig. Het was er overigens retedruk. Veel vaste seizoensplaatsen, maar ook heel veel campers. Op een aparte weide was plek voor een aantal tentjes. Op een paar minuten rijden van de camping is er de kabelbaan naar de Seiser-Alm of Alpi di Siusi. Daar zijn we, na het opzetten van de tentjes, direct een kijkje gaan nemen. Tegen 19 uur moesten we terug omdat de kabelbaan sloot.

Bärenfalle

De volgende dag hebben we een heel stuk over de Bärenfalle-route gewandeld richting het Schlern plateau. Door de rugklachten van Zuslief durfden we het niet aan het hele stuk naar het plateau te lopen, maar we hebben best een aantal kilometers gewandeld en opnieuw prachtige uitzichten gezien.

The Bärenfalle trail (= bear’s trap) is one of the more strenuous hikes to the Schlern plateau. It starts at around 1200m and tops out at 2563m thus covering an elevation gain of 1300m, which with ups and downs will amount to roughly 1600m overall. It is a very steep trail and thus is very hard to descend. Bärenfalle is a narrow gorge on brittle ground and in its middle section a system of bridges and staircases has been set up to protect it. 

Basic camping

Terug bij de camping aangekomen, besloten we op te breken en op zoek te gaan naar een camping die meer bij ons past: meer basic en…alvast een beetje richting Venetië. We vonden een camping bij Forno di Zoldo: Camping le Bocole. Ook hier zijn vooral seizoensplaatsen waarvan de meeste eigenaren niet aanwezig waren. Er was een trekkersveldje voor de tentjes waar wij alleen stonden. We hebben onszelf in de avond beziggehouden met ‘lichtschrijven‘ met de camera. De volgende dag hebben we een pittige wandeling gemaakt over een pad (sentiero 531) dat waarschijnlijk de afgelopen 15 jaar niet is onderhouden. Vastgelopen bij te snel stromend water en opnieuw terug onder en over omgevallen bomen. Met de nodige krassen en schrammen kwamen we terug op de camping.

Venetië

De volgende dag vroeg op weg naar Venetië. Wat een gekke gewaarwording om een vrij leeg Venetië te zien. Uiteraard hebben we de lokale economie gespekt en hebben we ons laten varen met een gondel. Ook de inwoners van Venetië kunnen wel een steuntje in de rug gebruiken nu er geen cruiseschepen en bussen met hordes toeristen komen. Het water was er superschoon en de stad stinkt niet. Elk nadeel heb z’n voordeel, denk ik dan maar. Tegen een uur of 3 op de zaterdagmiddag vonden we het welletjes en zijn we ingestapt en op huis aangereden. Het was goed zo. De vakantie was -ondanks al het corona-gedoe- eigenlijk gewoon super. Wat rest zijn de herinneringen en de beelden hieronder.

Corona Zomer 2020 – vervolg Meer lezen »